Albert Cornelissen is de tijdelijke vervanger van Elisabeth Minnemann, die afwezig is door ziekte. Albert is een ervaren bestuurder die eerder werkte bij o.a. de Universiteit van Utrecht en hogeschool Windesheim. Albert neemt onder andere ‘Leven Lang Ontwikkelen’, de transitie van The Hague Graduate School en de ITK waar, naast de kenniscentra en faculteiten in Elisabeth’s portefeuille. Hij stelt zichzelf voor:
“Elisabeth Minneman heeft jullie in een korte verklaring laten weten dat zij in de aankomende periode wordt behandeld voor kanker. Een onverwachte en nare wending voor Elisabeth, een die uiteraard ook de hogeschool raakt. Het College van Bestuur (CvB) en de Raad van Toezicht (RvT) hebben snel moeten schakelen over de overbrugging van deze periode, met als uitkomst dat de RvT mij heeft gevraagd om de komende zes maanden een deel van Elisabeth’s werkzaamheden over te nemen. Ik kan me voorstellen dat jullie willen weten wie nou die Albert Cornelissen is die plots onderdeel van jullie CvB is. Ik gebruik deze blog graag om mijzelf aan De Haagse voor te stellen.
Als ik kijk naar mijn eigen ontwikkeling en scholing, dan lijk ik sterk op een belangrijk deel van onze studenten. Ik ben namelijk een ´stapelaar. Na het voorgezet onderwijs heb ik een hbo-opleiding tot zoölogisch analist afgerond. Daarna heb ik biologie gestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam en daar mijn eerstegraads lesbevoegdheid gehaald. Tijdens mijn studie heb ik twee jaar in het onderwijs gewerkt, maar mijn hart lag in die fase van mijn carrière toch meer bij het onderzoek. Net voor mijn afstuderen ben ik aangenomen als promovendus en heb daarna als postdoc ‘gezwermd’ van contract naar contract: Universiteit van Edinburgh, Antoni van Leeuwenhoekhuis/Nederlands Kanker Instituut, groepsleider bij het Max-Planck Instituut voor Biologie.
Deze route was de basis voor mijn benoeming tot hoogleraar bij de Faculteit Diergeneeskunde bij de Universiteit Utrecht. Daar kwam naast onderzoek ook het onderwijs terug. En kwam ik erachter dat mijn talent als docent niet zozeer bij de colleges lag, maar in werkgroepen en practica. Onderwijsvormen waar ik echt verbinding kon leggen met ‘mijn’ studenten, waar studenten regelmatig de grenzen van mijn kennis opzochten. Ik behaalde daar ook mijn basis- en seniorkwalificaties onderwijs en onderzoek.
Ik kreeg in de faculteit en op centraal niveau steeds meer managementtaken, waaronder curriculum vernieuwing, de onderzoeksportfolio, internationalisering en loopbaanontwikkeling. Dit was voor mij een verrijking en ik merkte dat deze thematiek mij lag en ik er veel werkplezier uit kon halen. Waarschijnlijk ben ik daarom ook gevraagd om decaan van de faculteit te worden, een positie die ik tien jaar, met veel plezier, heb bekleed. Door deze lange periode waarin ik me niet met mijn oude vakgebied bezighield, kon ik daar niet meer naar terugkeren. En dus ging ik op zoek naar een nieuwe uitdaging.
Ik werd collegevoorzitter van hogeschool Windesheim in Zwolle en Almere. Daar ontdekte ik hoe belangrijk de positie is die hogescholen innemen. De jong volwassenen die wij opleiden vormen de ruggengraat van BV Nederland; onderwijs, ‘cure en care’, het bedrijfsleven, etc. Hbo’ers zijn de motor van Nederland. Ik begon ook in de fase waarin hogescholen doorgroeiden naar echte kennisinstellingen: de groei van onderzoek, de verbinding van onderzoek aan de bachelorprogramma’s, onderwijsvernieuwing, stafontwikkeling en het versterken van de samenwerking met instellingen en het bedrijfsleven. Mooie, enerverende jaren.
Maar de toen ingezette ontwikkelingen zijn nooit af. Werken aan kwaliteit blijft een constante in het hoger onderwijs; een voortdurend proces van verandering en aanpassing. Dit is in mijn visie ook een morele plicht. Wij ontvangen elk jaar publieke middelen omdat wij het vertrouwen van samenleving en overheid hebben. Zoals ik nu het vertrouwen heb gekregen om mijn ervaring te mogen inzetten voor De Haagse, iets wat ik erg bijzonder en waardevol vind.
Ik ken De Haagse al aardig goed. Zo ben ik lid van de onderzoeksadviesraad van De Haagse, was ik voorzitter van het panel dat voor De Haagse de mid-term review van het instellingsplan heeft uitgevoerd, en heb ik mee mogen lezen en advies mogen geven rondom jullie Instellingstoets Kwaliteitszorg (ITK). Ik heb dan ook ontzettend veel zin om de komende maanden De Haagse nog beter te leren kennen, en met velen van jullie samen mooie successen voor De Haagse te bereiken.”