Wim Vreeburg begeleidt nog studenten bij hun afstudeeropdracht. En dat moest ineens online. Lees hoe Wim dat voor elkaar kreeg, maar vooral hoe dat beviel.
Vlak voor mijn pensionering werd ik gevraagd om studenten te blijven begeleiden bij hun afstudeeropdracht. Niet iedere docent wil of kan dit, daardoor was er een tekort aan begeleiders. Ik zag twee voordelen: in contact blijven met enthousiaste jonge mensen en het eigen vakgebied bijhouden; voldoende reden voor mij om dit te accepteren. En zo besteedde ik de maandagen aan het beoordelen van concept-stukken en het bespreken daarvan. Afgelopen februari kreeg ik zes “nieuwe” studenten te begeleiden. De eerste maand gesprekken over hun plan van aanpak resulterend in een bezoek aan hun bedrijven om het “definitieve” plan met student en opdrachtgever door te spreken. Hoewel ik heel wat bedrijven bezocht heb, waren er voor mij vier nieuwe organisaties bij. De eerbiedwaardige wetenschapsorganisatie KNAW, de Gemeentelijke Accountantsdienst in Den Haag, het Hoogheemraadschap van Schieland en een bedrijf gespecialiseerd in digitale betalingsproducten.
En toen kwam opeens op 12 maart jl. het bericht om zoveel mogelijk thuis te werken… Covid-19 waarde rond. Ik informeerde de studenten dat ik, gelet op mijn leeftijd, onder de risicogroep viel en dat ik vanaf dat moment de studenten per mail zal begeleiden. Een van hen, een studente, bood mij spontaan aan boodschappen voor mij te doen. Hoewel geroerd door deze hulpvaardigheid, heb ik dit aanbod maar niet aangenomen…
Vijf van de zes studenten werkten vanaf 12 maart thuis, net zoals de andere medewerkers. Op dat moment was dat niet zo’n probleem, want zij moesten het theoretisch kader van het onderzoek zien uit te schrijven. Maar daarna kwam het praktische, empirische, onderzoek. En dan is het handig als je gemakkelijk afspraken met medewerkers kan maken voor gesprekken en interviews. Op afstand raak je dan toch wat uit zicht. En zo kon ik wat meer de rol van coach op mij nemen om hen tot tweegesprekken en groepsgesprekken te laten komen die via het scherm werden afgenomen.
De afsluiting, het mondeling examen, vond plaats via het scherm. Bij de eerste kandidaat was ik tweede examinator en kon ik afgaan op de digitale kennis van collega Marleen met het voor mij nieuwe medium. Gelukkig, want techniek speelt zijn eigen rol: op de dag van examinering bleek mijn PC gecrasht en beschikte ik niet over een laptop of tablet. Marleen wist raad: het videoprogramma werkte ook op mobiel. En zo heb ik die ochtend een uur met mijn mobiel in de hand geluisterd en gekeken naar de presentatie van de student, vragen aan hem gesteld en in conclaaf met Marleen het resultaat besproken. Gelukkig kon mijn PC snel hersteld worden en kon ik de diverse examens via “Teams” afhandelen en daarna via OnStage en Osiris het precieze cijferprotocol correct afwerken. Van de zes studenten zijn vijf studenten voor de zomervakantie geslaagd. De zesde begin september. Dus … begeleiden via het scherm kan heel goed!
Maar werkt het bevredigend? Dat is lastiger voor de nieuwe groep studenten: vinden zij wel een opdrachtgever die hen op afstand en dus digitaal kan begeleiden? En als dat al zo is, kunnen zij een vertrouwensband leggen met medewerkers die zij digitaal gaan raadplegen? Voor mij wordt het begeleiden minder interessant … geen face-to-face overleg, geen bezoek aan bedrijven anders dan telefonische afstemming… Ondanks de plezierige reacties van studenten in het afgelopen halfjaar ga ik toch nadenken of ik wel met het op-afstand-begeleiden wil doorgaan.
Wim Vreeburg, begeleider afstuderen Finance & Control (voorheen: Bedrijfseconomie)