Bekende oud-studenten van De Haagse Hogeschool
XNet gaat op zoek naar oud-studenten die na hun studie een mooie carrière hebben gemaakt of maken en die enige mate van bekendheid hebben in het vakgebied of juist daarbuiten. Dit is een eerste aflevering.
In gesprek met Jeroen Derwort.
door Cees van Diest
Ik ontmoet Jeroen Derwort op de mij zo bekende locatie Zoetermeer, de Dutch Innovation Factory (DIF), waar ik hem tref in het nieuwe Gamelab op de 1e etage. Daar ontwikkelen studenten nieuwe games en andere toepassingen, begeleid door Jeroen. Jeroen straalt een en al games uit en vertelt er graag over. We hebben een heel leuk gesprek.
Jeroen (1979) is nu voorzitter van de Dutch Games Association, Manager GameLab bij De Haagse Hogeschool en auteur van het boek SCOREN! Dat boek geeft een kijkje achter de schermen van een start-up tot een wereldspeler met zijn zelf ontwikkelde en meest succesvolle Nederlandse managementspel, Online Soccer Manager (OSM) met nu meer dan honderd miljoen gebruikers over de hele wereld, van Uruguay tot Tuvalu.
Al jong start Jeroen met programmeren op een zolderkamertje in Zoetermeer. In het vierde jaar (2001) van zijn studie aan De Haagse Hogeschool ontwikkelt Jeroen een eerste versie van OSM. In 2004 wordt Gamebasics opgericht. Met de groei van het aantal gebruikers van OSM groeit ook Gamebasics naar 50 medewerkers. Het bedrijf wordt uiteindelijk in 2020 verkocht aan het Engels-Zwitserse bedrijf Miniclip. Dat ging overigens niet allemaal vanzelf verhaalt hij in zijn boek ‘SCOREN!’ Rechtszaken, hackers, persoonlijke tegenslagen en deals met grote bedrijven en voetbalclubs, het komt allemaal langs. Jeroen is ‘binnen’ en klaar voor nieuwe avonturen.
Aan De Haagse Hogeschool studeerde Jeroen van 1997 tot 2002, I&I, Informatica en Informatiekunde, aan de Sector Informatica, met specialisatie Ontwikkeling van Systemen en Technische Infrastructuren (OSTI) met vooral als doel te leren programmeren. DB-vakken (databases) vond Jeroen best pittig evenals SW-vakken (software-ontwikkeling), uitgezonderd programmeren. Die vakken wilden nog wel eens een onvoldoende opleveren. Jeroen vond de studie niet leuk en met de nodige frustraties. Een voorbeeld: als je readers nodig had en je bij de copyshop kwam, waren die readers op. “Je moest maar eerder komen”, was het antwoord. De opleiding voelde ‘koud’ aan, zo van zoek het maar uit. Als ik naar herinneringen vraag aan docenten komen er geen namen in hem op. Wel de anekdote dat hij vaak met medestudenten in de Slinger in een van de kleine ‘hokken’ bij de docentenkamers zat. Daar was een docent die altijd klassieke muziek draaide en dan moesten ze vreselijk lachen. In die tijd waren de meeste groepsopdrachten ‘nep’. Iets maken voor bedrijf X, dat niet bestaat. “Ik was de zevenhonderd tweeënvijftig miljoenste die dezelfde opdracht maakte, die daarna in de prullenbak verdween, want niemand was geïnteresseerd in het resultaat.” Veel geleerd heeft Jeroen wel, veel meer dan verwacht, maar de ‘menselijkheid’ ontbrak wel een beetje. Dat was heel anders toen Jeroen naar de Universiteit van Leiden ging voor de master IT en Business en hartelijk werd ontvangen door een van de professoren. Je betekende iets.
Jeroen heeft nog wel tijd voor hobby’s; zo is hij ooit begonnen met programmeren op een MSX-computer. Er zijn nu nog steeds MSX-liefhebbers, die hebben in 2023 het MSXGOTO40 georganiseerd en in 2025 komt er een nieuw event MSX2GOTO40. Het idee kwam om zijn originele software nog te kunnen draaien. Nu heeft Jeroen al 7 MSX-computers en maakt hij images voor de Raspberry Pi zodat de oude software plug-en-play kan draaien op de MSX-modellen. Verder maakt Jeroen elektronische muziek met Renoise, maar daar heeft hij nu te weinig tijd voor. Jeroen heeft tussendoor nog maar een game gemaakt: Penquin Panic!, een vrolijk pinquin platform spel.
Als ik Jeroen vraag: ’Microsoft of Apple?’, antwoord hij resoluut: ‘Google’. ‘Even leuk en tegendraads’, noemt hij dat. Hij heeft een Android telefoon en maakt gebruik van Google-docs, echter zowel Microsoft als Apple hebben goede dingen. De iPad is zondermeer de beste tablet die er is, maar Apple is wel prijzig. Was hij vroeger een Steve Jobs fan, nu meer van Elon Musk. Opmerkelijk vindt hij, is dat software-engineering studenten vaak een Linux laptop hebben.
Als het aan Jeroen ligt zouden studenten die nu IT studeren aan het HBO minimaal alles moeten weten van databases (het hele spectrum), functioneel en object-georiënteerd kunnen programmeren, scrum beheersen, security in hun pakket hebben en voldoende afweten van artificial intelligence. Hoe moet het (HBO) onderwijs omgaan met ChapGPT in het onderwijs? Jeroen is duidelijk: gewoon doen en veel, maar wel goed gebruiken en ermee experimenteren.
We hebben het nog even over de systemen bij de overheid, waarom zijn die nog steeds zo oud? Veelal wordt nog Cobol gebruikt als programmeertaal. Waarom? Dat heeft te maken met wetgeving en omzetten naar een nieuwe omgeving duurt zo lang dat het daarna alweer verouderd is. Daarom bouwen bedrijven dus lagen er bovenop. Kijk maar eens naar de banken. De apps van de banken zijn heel mooi, werken flitsend, maar komen uiteindelijk weer bij een cobol-statement terecht. En dat werkt nog steeds.
We keuvelen nog wat na over de familie en wat persoonlijke zaken en Jeroen signeert nog even zijn boek SCOREN! Van zolderkamer tot skybox door OSM. Ik kan het boek van harte aanbevelen zeker voor de startende ondernemer, maar ook voor voetballiefhebbers.
Jeroen gaat weer terug naar het Gamelab.